Maurick, brandpunt van geschiedenis

Kasteel en landgoed Maurick kennen een fascinerende historie. Oorspronkelijk gekozen als veilige plek in het stroomgebied van de Dommel, werd het later een lustwarande waar het scheppen van landelijk schoon centraal stond. Opeenvolgende families hebben deze bijzondere plek gecreëerd en zich van generatie op generatie ingespannen om deze in stand te houden. Maurick is door de eeuwen verweven met belangrijke gebeurtenissen en bekende namen uit de Nederlandse en Brabantse geschiedenis. Zonder twijfel is daarbij het jaar 1629 het meest in het oog springend, het jaar waarin het strategisch gelegen Maurick ruim vier maanden het centrum van het internationale nieuws is en de vaderlandse geschiedenis een bepalende wending krijgt.


Het ontstaan 

De rijke historie van Maurick gaat meer dan zeven eeuwen terug. Een eerste vermelding ervan is te vinden in de zogeheten ‘leenlijst’ van de Hertog van Brabant in 1312. Eigendommen van land moesten bij de hertog worden aangemeld. Formeel kreeg men zo het recht om te lenen als leenman van de hertog, de leenheer. In deze leenlijst werd in dat jaar voor het eerst melding gemaakt van een stuk land in het stroomgebied van de Dommel. Daarbij wordt gesproken van een ‘weerd’ (eiland) te Vught met een ‘berg’ waar een huis op staat.

Strategisch gelegen aan de Dommel

Waarschijnlijke locatie van de 'berg' 

Leenman was Johannes Liscep, schepen in ’s-Hertogenbosch die ook land bezat bij Udenhout en het land van Heusden. De naam Maurick ontstaat ongeveer een eeuw later wanneer door vererving grond en bebouwing in leen komen van Catharina van Aelst die trouwt met Hendrick van Mauwerick, een ridder uit het Gelderse Maurick.

Het woord ‘berg’ betekende in het Middelnederlands zoveel als een kunstmatig verhoogde woonplek (ook wel ‘motte’ genoemd). Het huis zal er uitgezien hebben als een woontoren zoals toen gebruikelijk was. Aangenomen wordt dat deze locatie zich achter het huidige kasteel bevond en dat het kasteel zoals wij dat nu kennen vanaf begin 15e eeuw ervoor gebouwd is als een voorburcht. In 1430 bestelt toenmalig eigenaar Godscalck Roesmont een grote partij bakstenen in Orthen. En het lijkt aannemelijk dat vanaf dat moment deze ‘voorburcht’ in een aantal stadia ontstaat. 

Periode Heym

In 1464 koopt ridder Goessen Heym het kasteel. Heym was schepen en hoogschout van
’s-Hertogenbosch en ontvanger van de Staten van Brabant ten tijde van Hertog Karel de Stoute.
Vanaf dat jaar wordt het kasteel ook wel Heymshuis of Heymshuizinge genoemd. Het huis blijft generatieslang (tot 1680) in de familie en jongere generaties hebben niet zelden ook functies als schepen of hoogschout. Onder verantwoordelijkheid van deze familie groeit Maurick gedurende ruim twee eeuwen in een aantal bouwfasen verder uit tot het kasteel zoals we dat qua omvang en contouren nu kennen. 

Wapen familie Heym

Bouwomvang die in de periode Heym werd gerealiseerd

Tijdens de Gelderse oorlogen van begin 16e eeuw, krijgt de familie Heym de opdracht om de Bourgondisch-Habsburgse vorsten te helpen om Brabant te verdedigen. De strijd richt zich onder meer tegen de bekende Gelderse veldheer Maarten van Rossum.
In 1601 en 1603 moeten Aert en Maria Heym Maurick tijdelijk verlaten omdat prins Maurits van Oranje het gebruikt als hoofdkwartier bij zijn pogingen om ’s-Hertogenbosch in te nemen. Ze wijken uit naar hun huis aan de Oude Dieze in ’s-Hertogenbosch. In 1629 is het Hendrick Heym, de zoon van Aert en Maria, die met zijn vrouw Johanna van Malsen uit het kasteel moet vertrekken, nu vanwege de poging die Frederik Hendrik van Oranje onderneemt om ’s-Hertogenbosch te veroveren. Frederik Hendrik was in 1603 aanwezig geweest toen zijn halfbroer Maurits ’s-Hertogenbosch probeerde in te nemen. Hij was dus bekend met de strategische ligging van Maurick en het comfort van het huis. Ook hij zag het daarom als een ideale plek om als hoofdkwartier te dienen. Hij was vastbesloten een succes te maken van deze (12e!) poging om ’s-Hertogenbosch in te nemen. Frederik Hendrik had zijn plannen tot in detail uitgewerkt en had twee jaar eerder in Groenlo zijn ideeën over een goede belegering kunnen uittesten. Tijdens het beleg verblijft ook Oranje-secretaris Constantijn Huygens op Maurick. In een gedicht roemt Huygens zijn kamer in de westvleugel ‘die aan drie kanten van twee ramen is voorzien’. 

Kamer met aan drie kanten twee ramen

De Pestdijk, onderdeel van de linie 1629

Het beleg en de inname vormen een enorme logistieke, militaire en waterbouwkundige (!) operatie. Alle informatie over de voortgang komt samen op Maurick. Na de inname van ’s-Hertogenbosch verliezen katholieken hun kerken en katholieke erediensten worden verboden. De familie Heym krijgt toestemming om katholieken de kapeltoren op Maurick te laten gebruiken. 

Omdat katholieken geen openbare functies meer bekleden vallen inkomsten voor de familie Heym weg en omdat ze hogere belastingen betalen over bezittingen moet Hendrick Heym Maurick uiteindelijk in 1680 noodgedwongen verkopen. 

Periode Van Beresteyn

In 1681 wordt alle bezit van Hendrick gekocht door Jacqueline Brouart, weduwe van Christiaan van Beresteyn, raad en pensionaris in ’s-Hertogenbosch en telg uit de Brabantse tak van de protestantse familie Van Beresteyn. Na het overlijden van Jacqueline erft hun zoon Thomas van Beresteyn het leengoed Maurick in 1691. Hij trouwt twee jaar later met Dina Tromp, de kleindochter van admiraal Maarten Tromp. Na het overlijden van Dina huwt Thomas in 1704 met Johanna de Groot, kleindochter van een andere bekende Nederlander, Hugo de Groot. 

Wapen families Van Beresteyn en Brouart

Doorgetrokken daklijst zuidvleugel

In 1813 wordt Napoleon bij Leipzig verslagen. De Franse legers worden daarna door Pruisische troepen teruggedreven en raken rond Vught met elkaar slaags. Kasteel Maurick wordt in de omgeving als veilige haven gezien en de familie Van Beresteyn verleent onderdak aan verschillende families. Ook de Pruisische brigade-generaal verblijft op Maurick totdat de Fransen zich overgeven. Tijdens de periode Van Beresteyn verandert het uiterlijk van Maurick, en krijgt het meer het karakter van een landhuis in plaats van een middeleeuws kasteel. Zo verdwijnt de kapeltoren, wordt de daklijst van de zuidvleugel op gelijke hoogte doorgetrokken en krijgt het kasteel een gele pleisterlaag die later, tijdens de restauratie in opdracht van Augustinus van Lanschot, weer verdwijnt. 

Op het landgoed bevinden zich dan inmiddels een grote moestuin en boomgaard. Inkomsten van het landgoed komen verder uit verpachting aan boeren, houtkap en de jacht. Op het landgoed bevond zich ook een groot bos dat bezocht kon worden. Petrus Marinus Slager, grondlegger van de bekende Bossche en Vughtse schilderfamilie, wandelde graag in het ‘Bosch van Beresteyn’, zoals ook zijn zoon Frans Slager, de latere mede-oprichter van Brabants Landschap. Hier leerde Frans naar eigen zeggen van zijn vader het metier kennen en zijn grote liefde voor de natuur die zo kenmerkend werd voor zijn oeuvre.

'Bosch van Beresteyn'

Grafkelder familie Van Beresteyn

Gijsbert van Beresteyn laat op het landgoed een grafkelder realiseren, waarschijnlijk in 1844. In de grafkelder liggen in ieder geval begraven zijn twee vroeg overleden dochters Catharina en Maria, zijn vader Jacob die burgemeester van Vught was en Gijsbert zelf.

Maurick blijft twee eeuwen in de familie tot in 1884 Gijsbert van Beresteyn overlijdt. In datzelfde jaar worden Maurick en Muyserick in het openbaar verkocht. Koper is Augustinus van Lanschot.

Periode Van Lanschot

Augustinus van Lanschot heeft veel bestuurlijke functies in ’s-Hertogenbosch en erft in 1851 samen met zijn broer Godefridus de firma van zijn vader F. (Franciscus) van Lanschot, een handel in koloniale goederen waaruit later de gelijknamige bank zal ontstaan. 

Wapen familie Van Lanschot

Doorgetrokken 'muizentand'

Augustinus geeft in 1891 opdracht aan architect Lambert Hezenmans om kasteel Maurick te verbouwen en restaureren. Lambert Hezenmans was projectleider van de restauratie van de Sint-Janskathedraal en daardoor in die tijd een belangrijk restauratiearchitect. Hij creëerde bij zijn restauraties vaak een romantisch middeleeuws gevoel door toevoegingen in details. Dit deed hij ook bij de restauratie van Maurick en brengt het weer terug naar een middeleeuws kasteel. De aanblik van de voorzijde verandert daardoor. Zo geeft hij onder meer de dakkapellen spitse daken en verhoogt hij de poorttorens. Verder verhoogt hij de daklijn van de westelijke vleugel die daarmee even hoog wordt als de middenvleugel en geeft hij de oostvleugel een zadeldak en een verhoogde gevel. Het meest in het oog springend is wellicht de doorgetrokken zogeheten ‘muizentand’ onder de dakrand van de zuidvleugel. 

Nadat zoon August van Lanschot in 1919 het kasteel erft, geeft ook hij opdracht voor een verbouwing. Door een nieuwe architect, Eduard Cuypers (neef van de beroemde Pierre Cuypers), worden enkele wijzigingen gerealiseerd op de begane grond aan de achterzijde van het kasteel zoals openslaande deuren naar het terras en een nieuwe toegang in de voormalige traptoren. In 1921 krijgt het kasteel naast elektriciteit ook centrale verwarming als een van de eerste gebouwen in de regio.

August is burgemeester van Vught en gebruikt het kasteel deels als gemeentehuis. Hij trouwt in 1910 met Marie Lagasse. Na zijn dood in 1923 blijft zijn weduwe wonen in het kasteel. Hun derde kind, Willem (bijgenaamd Bib) kiest een militaire loopbaan. Hij raakt in 1940 betrokken bij het verzet en komt door verraad in 1942 in Dachau terecht. Na de bevrijding van Dachau door de Amerikanen keert hij weer terug naar Nederland. Voor zijn verdiensten ontvangt hij in 1948 uit handen van koningin Wilhelmina de hoogst mogelijke onderscheiding: de Militaire Willems Orde. Na het overlijden van Marie Lagasse-Van Lanschot in 1963 blijft de familie Van Lanschot eigenaar van kasteel Maurick totdat het uiteindelijk wordt verkocht. In 2007 komt het kasteel in handen van Monumenten Beheer Brabant. De gronden en opstallen er omheen zijn nog steeds in bezit van de familie, inmiddels de familie Houben en familie Van Rijckevorsel. Sinds 2015 wordt het kasteel geëxploiteerd door Klaas van Leengoed en Nick van Lieverloo als restaurant, trouw- en vergaderlocatie. 

Vergaderen waar Constantijn Huygens in 1629 zijn internationale correspondentie voerde

Kasteel Maurick is een geliefde trouwlocatie


Geraadpleegde bronnen: 

  • Maurick, Debbie Splinter, Bas Aarts, Rob Gruben en Taco Hermans, 2018
  • Kasteel Maurick, zijn leenmannen, eigenaren en bewoners, Elly van Soelen-de Kam in: Vughtse Historische Reeks, 2001
  • Maurick en de Vughtse middeleeuwen, Bas Aarts in: Vughtse Historische Reeks, 2003
  • Landgoederen in Noord-Brabant, Thijs Caspers, Pictures Publishers, 2012